Het Nederlands Centrum voor Volkscultuur heeft recentelijk een "onderzoek" gepubliceerd, waarin het suikerfeest uitgeroepen wordt tot Nederlands cultureel erfgoed. Uiteraard heeft "Geen Stijl" inmiddels op gebruikelijke, ongenuanceerde wijze gereageerd op deze uitkomst. Ik zou dat nog eens dunnetjes willen overdoen, maar dan middels argumenten in plaats van kreten.
Ten eerste, wat zijn tradities? Tradities zijn gebruiken, die al enige tijd gebezigd worden. Dat betekent, dat ze een zekere tijd uitgevoerd moeten worden. Het NCV onderschrijft die definitie ook: "Als wij het over belangrijke tradities en rituelen met geschiedenis hebben, spreken wij over immaterieel erfgoed". Aangezien grootschalige immigratie van moslims pas na 1970 plaatsvond, is het discutabel dat deze voor een traditie kunnen doorgaan. Vergelijk de stoomboot van Sinterklaas. De Amsterdamse onderwijzer Jan Schenkman (1806 - 1863) schreef het prentenboekje Sint Nicolaas en zijn knecht (Amsterdam, 1850) met de tekst van het liedje 'Zie ginds komt de stoomboot'. Zoiets mag een traditie worden genoemd. Het suikerfeest speelt echter slechts het laatste decennium een rol in de media. Daarvoor was het hele feest bij een groot gedeelte van de Nederlandse bevolking onbekend.
Ten tweede moet een traditie om tot 'volkscultuur' bestempeld te worden door een significant deel van de bevolking worden uitgevoerd. De Islam wordt echter slechts beleden door 6% van de Nederlandse bevolking. Het NCV schrijft: "Volkscultuur is belangrijk cultureel erfgoed waarin de identiteit van een samenleving zichtbaar is". De vraag is of de Nederlandse identiteit bepaald wordt door slechts 6% van de bevolking.
Ten derde is het gebonden aan een grondgebied. Het suikerfeest is echter niet op enigerlei wijze gebonden aan het Nederlandse grondgebied. Het vindt zijn oorsprong elders en heeft zich niet ontwikkeld in Nederland. Er is dus sprake van een grove discontinuiteit. De "roots", waarover het NCV spreekt, bevinden zich niet hier.
Deze drie punten, zogezegd "definierende eigenschappen", zijn op geen enkele manier van toepassing op het suikerfeest. Derhalve horen het suikerfeest en andere niet-Nederlandse tradities ook niet huis in het rijtje. Als het NCV een fatsoenlijke definitie had gegeven aan het begrip "Nederlandse traditie" was dit ook niet gebeurd. Hoewel het NCV zich wel terdege bewust is van deze eigenschappen heeft zij gefaald om deze toe te passen op haar eigen onderzoek. Consequentie is dat het "onderzoek" is uitgedraaid op een discutabele enquete over welke feestjes er gevierd worden in Nederland. Hadden Franse en Duitse bevolkingsgroepen adequaat gereageerd op de enquete, dan hadden we zelfs 14 juli en 3 oktober kunnen uitroepen tot typisch Nederlandse feestdagen en gebruiken. Instinctief voelt zelfs een kind aan, dat dat niet het geval kan zijn.
Er mag dus gerust worden gesproken over een impliciete bias van het NCV. De samenleving, dat zijn wij. Wij allen. Triest genoeg is het een feit, dat de Nederlandse samenleving verre van een eenheid is. De grenzen worden, met name door de etnische minderheden zelf, getrokken langs etnische lijnen. Marokkanen kunnen niet nalaten om bij elke gelegenheid te spreken over "hen" en "wij". Onderzoek heeft uitgewezen dat maar weinigen vrienden en kennissen hebben buiten de eigen etnische groep. De multiculturele samenleving is een illusie en het NCV ontkent dit met hun "onderzoek".
Het zou heel aardig zijn om dit onderzoek te herhalen langs etnische grenzen. Als er inderdaad een multiculturele samenleving was zouden de belangrijkste tradities vrijwel gelijk moeten zijn. De verwachting is, dat dit niet het geval is. Voorts zou het aardig zijn om een zogenaamde "de Hond" correctie uit te voeren teneinde een ongelijke participatie bij het onderzoek teniet te doen. Vraag is, of het suikerfeest dan alsnog op plaats 14 zou eindigen.
Het is ernstig, dat dergelijke verkapte PvdA propaganda zoveel aandacht krijgt en zonder enig commentaar door de media wordt overgenomen. Daarmee krijgt het een zweem van objectiviteit en belang, die het absoluut niet verdient. Sterker nog, aan de PvdA gelieerde organisaties krijgen zelfs de kans om de geesten van onze kinderen op systematische wijze te vergiftigen met dergelijke flauwekul. Ik durf te wedden, dat het eerste kind, dat zijn ouders aangeeft bij de uiterst partijdige "Commissie voor Gelijke Behandeling" een koninklijk lintje krijgt van Maxima "er is geen Nederlandse identiteit, en ik kan het weten want ik woon hier al zolang" Zorreguieta met de zegen van Wouter Bos himself. Ik zie hem al zitten op de eerste rij, geflankeerd door Ella Vogelaar, met een brede grijns op zijn gezicht.
Ik moest vanmorgen ineens denken aan Pavlik Morozov. Ik weet niet waarom.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten